Proloog

Ineens word ik vanachter gepakt, geduwd tegen de muur. Er staat een jongen tegenover me, met een zwarte capuchon om zijn hoofd. Precies dezelfde die ik gister ook tegen kwam. Ik hoor hem zwaar ademen. De jongen houd zijn hand tegen mijn ogen en ik word weer plotseling gekust.

'' Ik hou van je Anna! Ik ben verliefd op je, maar niemand mag dit weten. ''

Hij wilt weg lopen, maar ik trek hem terug. Pak zijn capuchon en haalt het van zijn hoofd af. Mijn mond valt open van verbazing.