Description
B × B We friemelden met onze blote tenen in het gras Starend met geknepen ogen tegen de brandende zon, naar de zwarte electriciteitdraden die een fel contrast vormden met de helderblauwe lucht. "Zouden wij ooit in de hemel daar boven komen?" Vroeg jij, je stem zo zacht als de pluizige wolken die in de lucht verschenen. Het zou later die middag gaan regenen. Ik plukte een madeliefje uit het gras en plaatste deze zorgvuldig in je goudrossige krullen die door het zonlicht gouder dan ooit tevoren leken. Een lieveheerbeestje landde op mijn vingertoppen. "Is dat wel nodig als wij nu al hemel op aarde ervaren?" (1991) Streng christelijk opgevoed worden, Noach (16) weet er alles van. Hij bespeelt de orgel in het koor bij de kerk waar hij ook vrijwillig werkt, gaat naar een christelijke school en bidt iedere ochtend, middag en avond. Noach is niet gelukkig en niet ongelukkig, hij weet niet beter. Totdat Tobias (19) in zijn leven komt, de ietwat rebelse tiener die, in tegenstelling tot Noach, meteen door de klas verafschuwt word. Er ontstaat een bijzondere band tussen de jongens en Tobias is vastbesloten om Noach te leren leven. Iedereen is tegen hun vriendschap en probeert de twee tegen te werken. Is hun band sterk genoeg om alle tegenkracht te negeren? Twee jongens, die op het eerste gezicht zo verschillend zijn, blijken zo veel gemeen te hebben.